Fictie 6

1.Zakelijke gegevens.

A: Titel van het boek/de film:                    OOSTERSCHELDE windkracht 10

B: Naam van de auteur/regisseur:             Jan Terlouw

C: Naam van de uitgever/producent en het jaar van verschijnen en het aantal bladzijden:

-Uitgever:                                                Lemniscaat b.v. Rotterdam.

-Jaar van verschijnen:                              2002

-Bladzijden:                                             186

-Welke druk:                                            9e druk

2.Samenvatting van het boek.

Deel 1: Vloed

Een doodnormaal christelijk gezin “familie Strijen” leeft in Zeeland. Anne is de oudste dochter ze is de dochter van vader en moeder Strijen. Anne is een zeer eigenwijs meisje en heeft het vaak aan de stok met haar vader. Toen ze ruzie met de vader had gehad was ze snel naar haar zeilboot gerent en zo snel mogelijk de Greveling opgegaan.

Als Anne weg is komt haar vriend Henk langs, hij is een paar dagen eerder bij de familie omdat hij vroegtijdig zijn examen had gehaald. Hij is zeer technisch. Maar Anne is op het water en ziet een kistje liggen en probeert het te pakken. Maar omdat het toen al zo hard waait op het water viel ze om met de zeilboot. Eenmaal aan wal kleed Anne zich uit om haar kleren te laten drogen. Precies op dat moment komt agent Nolen langs, hij maakt een proces-verbaal op wegens naaktloperij om indruk te maken op Anne. Als haar kleren weer droog zijn gaat ze naar huis waar haar gezin en haar vriend op haar wachten. Pas de dag erna denkt ze aan het kistje. Henk is technisch en krijgt het slot open. In het kistje lagen allemaal geschriften van B. G. Broshoofd die deskundig was op het gebied van dijken, overstromingen en dammen. Volgens de papieren breken de dijken bij een storm uit noordnoordwestelijke richting. Ook word er een beschuldiging gemaakt dat Dijkgraaf geld, bestemd voor de versterking van de dijken, in eigen zak heeft gestopt.

Anne en Henk gaan op zoek naar Brooshoofd in Zierikzee. Het schijnt dat Brooshoofd nogal vaak voor een lange tijd weg is en niemand weet dan waar hij is. Anne voelt in de zomer wat en denkt dat ze zwanger is. Omdat ze zo Katholiek zijn is vader Strijen woedend over deze schande en zorgt ervoor dat Henk en Anne bij de kerkraad moeten verschijnen. Ze stellen de datum voor het huwelijk op 15 september vast en zijn zeer gelukkig.

In november gebeurt er iets raars, het lijk van Brooshoofd word in een sloot gevonden gewikkeld in een zeil met stenen zodat het naar de grond zakt en een mes word erbij gevonden. Een rechercheur uit Rotterdam word op deze zaak gezet maar besluit te stoppen wegens gebrek aan bewijs. Agent Nolen ziet dit als zijn kans om de moord op te lossen. Hij verhoord de buurvrouw van Brooshoofd en heeft in zijn achterhoofd dat hij Anne naakt heeft aangehouden bij de kist van meneer Brooshoofd. En zijn gedachtengang ging zo: Brooshoofd wilde het meisje helpen los te komen van wal, maar haar verkrachtte en dat Anna hem vermoorde en in haar oude zeildoek wikkelde. En Anne blijkt nu nog zwanger te zijn ook. Hij denkt dat hij het heeft opgelost maar hij stopt met het verhoren van Anne wegens gebrek aan bewijs. Nolen heeft het verhaal rondverspreid en er volgt een nare tijd voor het gezin Strijen want vader Strijen kan de roddel niet verdragen als ouderling van de kerk en treedt daarom ook af.

Er gaan vele maanden voorbij. Elke week komt Henk vanuit Delft naar Battenoord op zijn brommer. Maar op 31 Januari 1953 hoort Henk op de radio dat er een zware noordnoordwesterse storm word verwacht. Als Brooshoofd gelijk heeft loopt een deel van het land onderwater. Henk gaat met het broertje van Anne een kijkje nemen in de haven. Ze zien dat het er erg hard aan toe gaat en na enige tijd gaan ze iedereen waarschuwen en evacueren.

De familie Strijen gaat naar zolder. Na een half uur breken de dammen en loopt de polder onder water. Een groot deel van de boerderij wordt weggespoeld en opoe(oma) wordt meegesleurd in haar bed. Ze verdronk net als Anne’s broertje toen hij op de dijk een baby wilde redden. Henk klimt op een schuurtje maar die begeeft het ook en Henk word meegevoerd op het water. Na twee dagen begint het water te zakken en komen er hulptroepen en Henk word gered.

Anne krijgt weeën en het kind komt eraan. Henk krijgt ook nog te horen dat Anne geen verdachte meer is in de zaak. Ene Everhart Kempen, een dijkgraaf heeft bekend Brooshoofd te hebben vermoord nadat die vertelde wat hij wist over zijn corruptie.

Deel 2 Eb.

Dit is een vervolg op deel 2 nu zijn Anne en Henk ouder. Ze hebben nu namelijk 2 zonen genaamd Piet van twintig en Valeer van zeventien. Valeer zit bij actiegroep nog TIJd. Die tegen de afsluiting zijn van de Oosterschelde met een grote dam. Anders gaat er namelijk veel natuur verloren en is er geen getijden verschil meer terwijl dat best bijzonder en uniek is. En het is ook nog een fiasco voor de mosselvisser's. Ze willen met de actie groep nogTijd een dijkverhoging voor veiligheid. Hierover vergaderen ze eens per maand bij het café Dijkzicht. Ze maken een plan om de heer Lievenbach een ingenieur bij het Rijkswaterstaat uit de weg te ruimen.

Er ontploft op een dag een bom in het gebouw van de Rijkswaterstaat. Er word een verdachte aangewezen en dat is de actie groep nogTIJd. Valeer (de zoon) denkt dat meneer LIevenbach er zelf achter zit om nogTIJd dwars te zitten. Ook bij de familie zijn de meningen verdeeld Piet en Valeer zijn voor een open Oosterschelde maar Opa Strijen en Henk voor een gesloten Oosterschelde. Dit geeft soms spanningen in het gezin. Ze beginnen te discussiëren en Henk mag eerst hij zegt:

hij noemt getuigen op van de watersnoodramp en noemt hun verdronken oom Piet

Twee weken later is Valeer en Piet aan de beurt waarom het open moet blijven: en die gaan voor het milieu. Anne is zeer verstandig en heeft nog geen oordeel want ze wacht op de Commissie Klaasesz die onderzoeken over de mogelijkheden. NogTIJd zet door en nodigt Lievenbach uit voor een interview om voor de TV te vertellen waarom de Oosterschelde dicht moet. Maar de bij de hele opzet zitten leden van NogTIJD zoals de cameraman en de regisseur. Op tv ziet het interview er daarom ook heel erg anders uit want nogTIJd heeft de video vervormd en bewerkt. De voorzitter van de actiegroep gaat na de uitzending naar de verbaasde Lievenbach en verteld hem dat hij nog zon video uitzendt als hij niet openbaar bekent maakt dat hij van mening is veranderd over de Oosterschelde. Lievenbach doet dat en krijgt overplaatsing bij het Rijkswaterstaat. Eerste slag gewonnen voor de actie groep NogTIJd.

In het jaartal 1974 doet de Commissie Klaasesz uitspraak ze vinden het de beste oplossing dat de Oosterschelde wordt afgesloten door een blokkendam met daartussen schotten die men bij hoogwater en storm kan laten zakken waardoor de Oosterschelde afgesloten is. Zo is er nog wel getijden verschil en blijft de natuur in de staat wie die was. Het word voorgelegd aan de tweede kamer en het plan word aangenomen met 75 stemmen voor en 67 tegen.

3.Over de auteur.

Jan Terlouw is op 15 november 1931 geboren in Kamperveen. Hij studeerde wiskunde en natuurkunde in Utrecht en slaagt in 1963. In 1971 word hij lid van de Tweede Kamer voor de D’66. Hij is tweede en derde kabinet van Agt minister van Economische zaken en vice-premier. Van 1991 tot 1996 is hij commissaris der Koningen in de provincie Gelderland. Hij debuteert als Kinderboekenschrijver in 1970 met Pjotr en de avonturen van oom WIllibord. Hij ontvang de Gouden griffel voor koning van Katoren en Oorlogswinter. Jan Terlouw heeft 26 boeken geschreven. De laatste jaren schrijft Jan Terlouw samen met zijn dochter boeken.

4.Over het boek.

Welke illustratie staat er op de voorkant van het boek? Er worden op de illustratie drie foto’s weergegeven een van dat de dammen breken en dat er een jongen meegesleurd word. Ook is er nog een kaart van Zeeland te zien wie duidelijk aangeven waar de wateren liggen

Is het boek aan iemand opgedragen: Nee niet specifiek.

Wie is de hoofdpersoon/personen in het boek?:

Anne:                      Eijgenwijs:  Anne volgt haar eigenzin. En als ze bijvoorbeeld ruzie heeft loopt ze weg.

                               Liefdevol:   Anne houd van haar familie en haar vriend/later man Henk.

                               Dominant:  Anne zet haar eigen zin door. Als het hard waait gaat ze nog heen varen.

                               Eerlijk:       Anne zegt in alle gevallen meteen wat er aan de hand is.

Beschrijf de plaatsen die voorkomen in het boek: Het huis van de familie Strijen omdat dit de hoofdpersonen zijn. Ook speelt de plaats aan zee en de Oosterschelde een grote rol want hier zijn ze constant.

Staat het verhaal in een chronologische of niet-chronologische volgorde?:

Het verhaal staat in een chronologische volgorde want alle gebeurtenissen vinden achter elkaar in de juiste tijd plaats.

3 trucs voor spanning in het verhaal:

Tijd: de tijd van de watersnoodramp is een spannende tijd omdat het een nare gebeurtenis is geweest.

Plaats: Tijdens de overstroming in het oude boerderijtje wat bijna inzakt is een enge plaats.

Personen in enge en gevaarlijke situaties neerzetten: dat alle personen van de familie Streijen in het onderwater gelopen huis zitten te wachten op hulp.

Vanuit welk perspectief is het verhaal geschreven: Vanuit een ik perspectief. Anne is de hoofdpersoon en je weet van alle dingen hoe zei het beleefd.

Heeft het verhaal een gesloten of open eind: Een gesloten. Ze leggen je namelijk precies uit hoe het eindigt. De grote vraag was bijvoorbeeld of er een afsluitdijk kwam of een grote betonnen muur die het water voorgoed tegen hield zodat er ook geen getijden meer waren. Maar op het eind zeggen ze dat er een grote afsluitdijk word gebouwd.

5.Lees ervaring.

Spreekt het onderwerp je aan?: Ja ik houd van boeken van rampen die er vroeger gebeurt zijn, zo vind ik oorlog’s verhalen ook mooi.

Is het uitgekomen wat je van te voren verwachte: Ja, want in grote lijnen weet je wat er in de watersnood ramp is gebeurt.

Is het onderwerp verassend uitgewerkt?: Ja ze stoppen er leuke dingen bij in.

Heb je wel eens een ander verhaal hierover gelezen?: Nee ik hou niet van lezen

Bevat het verhaal genoeg gebeurtenissen?: Ja redelijk, ze vertellen er leuke verhalen om heen. Bijvoorbeeld van de moord.

Zit er genoeg tempo in?: Ja je leest er zo door heen. Leuk boek.

Zijn de gebeurtenissen herkenbaar?: Ja hoe het met de watersnood ramp ging word het hier ook wel verteld. Dat er mensen mee worden gesleurd etc.

Hebben de gebeurtenissen indruk op je gemaakt?: Nee, daarvoor vond ik het net nog niet realistisch genoeg.

Is de hoofdpersoon een held?: Een beetje. Want ze heeft voor de behoed van de natuur gezorgd.

Kom je genoeg van de personages te weten?: Ja. Je weet de gevoelens.

6.Verwerkingsopdracht.

Verzin 4 andere titels voor het verhaal en leg uit waarom deze erbij past.

De watersnoodramp: Het gaat over de watersnoodramp dat de dijken breken en dat half Nederland onder water komt te staan. Daarom vind ik dit een goede titel.

Noord noord westerse wind: Omdat tijdens de watersnoodramp de dijken breken en half Nederland onderwater komt te staan komt door dat er een Noord noord westerse wind stond. Dit past ook omdat een meneer uit het verhaal dit voorspeld had.

Red de natuur: De oosterschelde die er komt kan bij getijden dicht en open. Zo hou je dat het en vloed blijft alsware. Als ze er grote beton blokken voor hadden gedaan was dit weggegaan en was de natuur ook verloren gegaan.

Zeeland onder water: Omdat door de ramp Zeeland natte voeten kreeg.